U bent hier

Prevalentiecijfers tonen aan dat er sprake is van een dalende symptomatologie met stijgende leeftijd (Skounti, Philalithis, & Galanakis, 2007). Symptomen van hyperactiviteit en impulsiviteit dalen wanneer kinderen met ADHD in de adolescentie komen. De symptomen van aandachtsproblemen blijven echter grotendeels bestaan bij het ouder worden (Biederman, Mick & Faraone, 2000). Dit betekent geenszins dat volwassenen deze stoornis ontgroeien. Integendeel, 30 tot 70% van de kinderen met ADHD blijft problemen vertonen in de volwassenheid (Murphy & Schachar, 2000). 

De symptomatologie van ADHD vertoont wel een sterke evolutie doorheen de ontwikkeling (Biederman, Petty, Evans, Small, & Faraone, 2010). De inhoud van de symptoomcluster ‘aandachtstekort’ blijft relatief stabiel in de volwassenheid. Ook de gedragskenmerken behorend bij de cluster ‘impulsiviteit’ hebben dezelfde uitingsvorm in de kindertijd als in de volwassenheid. Binnen de symptoomcluster ‘hyperactiviteit’ zien we echter een verschuiving naar motorische en emotionele onrust in de volwassenheid. Belangrijk is mee te geven dat onderzoeksresultaten op groepsniveau het zopas geschetst ontwikkelingspatroon weergeven maar dat elke volwassene met ADHD een uniek symptoomverloop heeft die mogelijk dit patroon niet volgt.

Uit voorgaande blijkt dat ADHD een evolutie kent doorheen de levensloop met bijbehorende uitdagingen op het vlak van diagnostisch onderzoek en behandeling/ondersteuning afgestemd per leeftijdscategorie. Vandaar dat de Sociale Kaart ADHD differentieert op leeftijd, met name kinderen, adolescenten en volwassenen.